De krapte op de arbeidsmarkt zorgt voor toenemende stress op de werkvloer. En dat kan leiden tot ziekteverzuim en uitval. Wat kun je als werkgever doen om een burn-out bij je medewerkers te voorkomen? In deze blog lees je meer over de signalen en oorzaken van een burn-out en geven we je enkele praktische tips om uitval van je personeel te (helpen) voorkomen.
Een te hoge werkdruk kan leiden tot werkstress. Wanneer er langdurig sprake is van blootstelling aan te hoge (werk)stressoren, kan dit leiden tot een burn-out. Dat is een syndroom van extreme vermoeidheid of uitputting, in combinatie met afstand nemen van het werk (distantie) en/of weinig vertrouwen (meer) hebben in het eigen functioneren. Mensen met een burn-out omschrijven dit vaak als het leegraken van de accu, het voortdurend in een te hoge versnelling staan of het zo ver uitrekken van een elastiek totdat het knapt. De klachten kunnen lang duren, van drie maanden tot meer dan een jaar.
Werkgerelateerde psychische klachten, zoals een burn-out, zorgen voor een derde van het ziekteverzuim en vormen daarmee een van de grootste arbeidsrisico’s. Als werkgever ben je op grond van de Arbowet en het Burgerlijk Wetboek verplicht om je medewerkers te beschermen tegen overbelasting op het werk.
Enkele tips:
1. bouw een comfortabel ritme op
Stap niet gelijk terug in het ritme dat je had voor je burn-out, maar begin geleidelijk weer met het oppakken van je werkzaamheden. Overleg met je huisarts, bedrijfsarts en werkgever over je herstel. Bespreek ook de opties voor een re-integratietraject. Zo’n overleg kan voor meer structuur zorgen, waarbij er duidelijke afspraken worden gemaakt over bijvoorbeeld werktijden, pauzes en werkzaamheden.
2. doe één ding tegelijk
Tijdens het herstel van je burn-out moet je leren taken los te laten. In plaats van alles tegelijkertijd te kunnen en te willen doen, is het beter om je te focussen op één taak. Begin bijvoorbeeld eerst met je – waarschijnlijke bomvolle – mailbox: maak hem leeg en richt hem opnieuw in. Zo begin je met een schone lei! Gaandeweg kun je meer opdrachten uitvoeren. Door te starten met één taak bouw je weer zelfvertrouwen op en creëer je rust en tevredenheid.
3. vermijd perfectionisme
Veel mensen met een burn-out hebben één eigenschap gemeen: perfectionisme. Je bent nooit snel tevreden met je werk en dat kan voor veel stress en druk zorgen. Dit helpt natuurlijk niet bij het herstelproces van een burn-out. Niet alles hoeft perfect te zijn. Wees ook niet bang om hulp aan collega’s te vragen als iets niet lukt.
4. geef je grenzen aan
Een burn-out krijg je niet van de ene op de andere dag. Grote kans dat je over een langere periode te veel hooi op je vork nam en de signalen van je lichaam compleet negeerde. Door die ervaring weet je nu beter wat de signalen zijn en waar je grenzen liggen. Luister goed naar jezelf en geef bij jouw leidinggevende aan wanneer de werkdruk te hoog is. Dat houdt ook in dat je ‘nee’ moet kunnen zeggen tegen collega’s die te veel van je vragen.
5. stort je op een nieuwe hobby
Mensen die een burn-out hebben gehad, zien vaak daarna in dat helemaal niet alles om werk draait. Er is meer in het leven dan dat. Zoek daarom een nieuwe hobby, zodat je je na werk even op totaal iets anders kunt storten en je werk gemakkelijker kunt loslaten. Wat dacht je van Afrikaanse dansles, breien of yoga?
6. durf verder te kijken
Ben je na een aantal weken weer aan het werk, maar voelt het nog steeds niet helemaal goed? Vraag jezelf dan af of je bij je huidige werkgever wel op de juiste plek zit. Misschien heb je tijdens het herstelproces ontdekt dat jouw ambities ergens anders liggen. Durf dan ook verder te kijken en start jouw zoektocht naar een nieuwe baan.