Sinds de invoering in 2016 bleef de Wet DBA (Deregulering Beoordeling Arbeidsrelaties) voor veel zzp’ers op de achtergrond, maar vanaf 2025 gaat dat veranderen. De wet bepaalt of er sprake is van ondernemerschap, loondienst of uitzendwerk. Voldoe je als zzp’er niet aan de voorwaarden voor ondernemerschap, dan loop je het risico op schijnzelfstandigheid – en daar gaat de Belastingdienst binnenkort strenger tegen optreden.
Vanaf 2025 krijgen zzp’ers en opdrachtgevers te maken met meer handhaving en daarmee aanzienlijke risico’s. Als de Belastingdienst schijnzelfstandigheid vaststelt, kunnen de gevolgen groot zijn. Belastingvoordelen zoals zelfstandigenaftrek en startersaftrek moeten dan worden terugbetaald. Daarnaast kan een opdrachtgever alsnog loonheffing en pensioenpremies moeten betalen, en de zzp’er kan recht krijgen op een arbeidsovereenkomst. Ook kunnen er boetes worden opgelegd.
Hoe Voorkom Je Schijnzelfstandigheid?
Volgens de Wet DBA moeten zzp’er en opdrachtgever samen beoordelen of de opdracht voldoet aan de eisen voor ondernemerschap. Hiervoor biedt de Belastingdienst hulpmiddelen, waaronder een online check en modelovereenkomsten. Ter voorbereiding op deze strengere handhaving is een wetswijziging in de maak, de Wet Verduidelijking Beoordeling Arbeidsrelaties en Rechtsvermoeden (VBAR), die in 2026 wordt ingevoerd.
Belangrijke criteria bij de beoordeling van de arbeidsrelatie zijn:
1. Persoonlijke arbeid: de verplichting om het werk zelf uit te voeren;
2. Loon: je ontvangt een vergoeding voor het werk;
3. Gezag: de opdrachtgever heeft invloed op hoe het werk wordt uitgevoerd.
Is er sprake van een gezagsverhouding, dan kan de arbeidsrelatie worden gezien als dienstbetrekking, met als essentieel verschil tussen opdracht en arbeidsovereenkomst: de mate van gezag. Elementen zoals “leiding en toezicht,” “werktijden en locatie,” en “vergelijkbaarheid met personeel” spelen hierin een rol. In sectoren als Zorg, Onderwijs, Kinderopvang en bezorgdiensten moeten zzp’ers extra alert zijn. Ook interim-managers die langdurig tegen een vast tarief werken, lopen risico om als werknemer te worden gezien.
De BV als Reddingsboei?
Het omzetten naar een BV biedt misschien voordelen, maar neemt niet alle risico’s weg. Vanaf 2025 zal de Belastingdienst ook bij BV ’s streng optreden tegen schijnzelfstandigheid. Een BV moet een zelfstandige entiteit zijn met meerdere opdrachtgevers en een eigen bedrijfsvoering. Werkt een BV voor slechts één opdrachtgever zonder eigen activiteiten, dan kan de Belastingdienst door de BV heen kijken en alsnog een dienstbetrekking vaststellen.
Aanbevelingen om Risico’s te Minimaliseren:
– Diversifieer opdrachtgevers: Werk voor meerdere opdrachtgevers om zelfstandigheid te onderbouwen.
– Documenteer zorgvuldig: Leg contractueel vast dat je zelfstandig werkt en bepaalt hoe en wanneer je het werk uitvoert.
– Schakel expertise in: Laat je situatie beoordelen door een fiscalist of jurist gespecialiseerd in arbeidsrecht om aan de wet- en regelgeving te voldoen.
Kortom, een BV kan voordelen bieden, maar het is geen garantie tegen de risico’s van schijnzelfstandigheid. Het is essentieel om de feitelijke arbeidsrelatie goed te beoordelen en zeker te stellen dat je aan de criteria voor zelfstandigheid voldoet. Overigens heeft de Belastingdienst een uitstekende website met goede info.